De enige rode vlag
die we graag tegenkomenEén van onze favoriete beleggingslanden is Zwitserland.
Eén van onze favoriete beleggingslanden is Zwitserland. Zwitserland wordt vrijwel geheel omsingeld door Europese lidstaten, maar maakt zelf geen deel uit van de EU en heeft nog altijd een eigen munt, de Zwitserse frank. Verder is het géén lid van de NAVO en is het pas in 2002 toegetreden tot de Verenigde Naties. Wel maakt Zwitserland deel uit van de Europese Vrijhandelsassociatie. De EVA is een handelsblok waarin de samenwerking veel minder ver gaat dan in de EU. Zo is er geen politieke samenwerking tussen de lidstaten en vormen de deelnemende landen ook geen douane-unie. De Zwitsers vragen zich met enige regelmaat af wat het nut is van een EU-lidmaatschap. M.a.w.: waarom je onderwerpen aan dwingende Europese regelgeving, in ruil voor minieme democratische invloed op de totstandkoming van die regelgeving. Je zou zelfs de stelling kunnen verdedigen, zoals jaren terug gesuggereerd in De Volkskrant, dat “Zwitserland erin slaagt om meer invloed uit te oefenen dan Nederland op het Europese regelgevingsproces. Precies omdat de EU geen zeggenschap over niet-lid Zwitserland heeft en de Zwitsers dus ook nergens toe kan dwingen.”
Zwitserland heeft met afstand de sterkste economie van Europa!
Martin Schulz, voormalig voorzitter van het Europees Parlement, heeft in dit kader Zwitserland weleens een potentiële bedreiging voor de EU genoemd. Het land laat immers sinds jaar en dag zien dat je zeer succesvol kunt zijn zonder EU-lidmaatschap. Zwitserland heeft met afstand de sterkste economie van Europa. Een paar indicatoren: nauwelijks werkloosheid, een lage rente, relatief klein begrotingstekort, bescheiden staatsschuld, hoge pensioenreserves in combinatie met een mooi overschot op de handelsbalans en de lopende rekening, enz.
Ook bij ons bezoek aan Zwitserse bedrijven (Lindt, Nestlé, Schindler etc.) horen we altijd dat het niet lid zijn van de EU, geen of bijna geen belemmering betekent voor het massaal exporteren naar EU-landen. Wel zien de Zwitsers dat de kleine thuismarkt betekent dat het land continu moet werken aan zijn concurrentiepositie, omdat exporten extreem belangrijk zijn.
De snelheid waarmee bijvoorbeeld Nespresso, de koffie van Nestlé á minimaal euro 70,- per kilo, de Europese koffiemarkt heeft geïnfiltreerd, is wat dat betreft een schoolvoorbeeld. Een meer recent voorbeeld is Stadler. U kent de afloop met de Fyra-treinen uit EU-lid Italië? De parlementaire enquêtecommissie heeft berekend dat het Fyra-debacle miljarden heeft gekost. En wat heeft de NS daarna gedaan? Ze hebben met spoed 58 sprinters bij het Zwitserse Stadler besteld. Geen bouwer ter wereld kon binnen twee jaar het gewenste aantal produceren. In Nederland rijden al 131 treinen van Stadler rond en in heel Europa rijden er ca. 4.000. Stadler is in 1942 opgericht en had in 1995 een omzet van enkele miljoenen franken. Nu is dat ruim Zwf 2 mrd per jaar en levert het bedrijf treinen over de hele wereld. Volgens het Financieele Dagblad kijkt Stadler nu ook naar de VS en Australië en leveren ze sinds kort nieuwe dubbeldekstreinen die een snelheid kunnen bereiken van 160 kilometer per uur. Dat de gemiddelde werkweek in Zwitserland 42 uur bedraagt, en dat er niet wordt gestaakt en het opleidingsniveau hoog is, draagt allemaal bij aan de concurrentiekracht van het Zwitserse Stadler. Wat dat betreft zien wij Stadler als een metafoor voor de kracht van Zwitserland. En de EU? Die betekent ook voor Stadler, net als voor Nespresso, geen enkele belemmering om in Europa succesvol te zijn.